Blogs

Niet geschikt

Recent sprak ik een man die de afgelopen vijf jaar teamleider was. Hij runde een multidisciplinair team van 18 professionals in de re-integratie business. Op een dag werd hij ontboden op het hoofdkantoor. Daar kreeg hij te horen dat hij niet meer voldeed als teamleider. Met als belangrijkste reden dat hij te weinig affiniteit had met het strategische denken vanuit het hoofdkantoor. De man was in eerste instantie volledig van slag. In tweede instantie ging hij eindeloos piekeren over het gevelde oordeel. Zodanig dat hij ervan overtuigd raakte dat hij inderdaad ongeschikt was als teamleider.

In ons gesprek vroeg ik naar zijn eigen oordeel. Hij had altijd met plezier gewerkt, zijn medewerkers waren bijzonder met hem ingenomen. Waar zat hem dat in? Hij was een meester in het dagdagelijkse oplossen van alle strubbelingen. Omdat hij een natuurlijke oriëntatie had op het maatwerk dat iedere cliënt verdiende. Hij zag zichzelf als een soort dirigent die ervoor zorgde dat de organisatie van de hulpverlening optimaal was afgestemd, klopte als een bus.

Toen ik hem zijn eigen reflectie teruggaf kostte het weinig moeite om zijn zelfbeeld van niet geschikt om te keren in wel geschikt. Hij ging met opgewekte energie solliciteren bij een andere aanbieder in de zorg. Goed voor hem, goed voor de medewerkers en vooral goed voor de cliënt.

Dit voorval laat een klassiek verschil van denken zien. Vanuit welk gezichtspunt wordt de waarde van een teamleider gezien? Vanuit het strategische wensdenken van een hoofdkantoor of vanuit de kwaliteit van het eindproduct voor de cliënt?

Laat een reactie achter:

Je email adres zal niet worden gepubliceerd. Alle verplichte velden zijn gemarkeerd met een *